Op 1 november vergaderde de Rijswijkse raad over een nieuw huisvestingsconvenant met het Stanislascollege. Wat GroenLinks betreft is dit nieuwe convenant geen verbetering. Ontbinding van het oude convenant van 2007 is prima, maar de afspraken over wat er wél gaat gebeuren moeten duidelijker.

De fractie van GroenLinks wil benadrukken dat het positief is dat er wordt gewerkt aan goede huisvesting voor het voortgezet onderwijs. Het is voor Rijswijk van belang dat er goed voortgezet onderwijs is en schoolgebouwen zijn daarvoor uiteraard essentieel. Vandaar ook de wettelijke verplichting voor de gemeente om in die huisvesting te voorzien.

Met het oude convenant van 2007 was het Stanislas noch de gemeente gelukkig en dat dat convenant wordt ontbonden, lijkt ons een goede zaak. Ook een goede zaak is dat er nieuwe afspraken worden gemaakt waarin de wederzijdse rechten en plichten duidelijk worden vastgelegd en ook de financiële consequenties zoveel mogelijk inzichtelijk worden gemaakt.

De vraag is of met het nieuwe convenant die duidelijkheid wordt gegeven.

De crux van het gewijzigde convenant 2011 is artikel 2 waarin enerzijds is vastgelegd dat partijen gezamenlijk tot het oordeel willen komen of huisvesting van het vmbo in het TH-gebouw een optie is (lid 1), maar waarin anderzijds is vastgelegd dat indien partijen gezamenlijk tot het oordeel komen dat het niet mogelijk is het vmbo in het TH-gebouw te huisvesten, partijen tijdig de mogelijkheid van een alternatieve locatie zullen onderzoeken (lid 3).  Dat is vragen om ellende omdat in het ene geval beide partijen het er over eens moeten zijn dat huisvesting op de TH-locatie een goede optie is, terwijl in het andere geval een alternatief pas wordt besproken als beide partijen het er over eens zijn dat huisvesting daar géén goede optie is. Dit is geen oplossing bewerkstelligen, maar een volgend probleem creëren en daarmee is de gemeente noch het Stanislas gediend. 

In het raadsvoorstel staat het aldus geformuleerd: "In het convenant 2011 wordt de hoogbouw van de TH-locatie aangewend voor de huisvesting van het vmbo-bl van het Sint Stanislascollege Rijswijk en het technocentrum.." In die formulering lijkt de huisvesting in het TH-gebouw een gegeven, terwijl de heer Loogman eerder tijdens het inspreken in het forum aangaf dat voor de huisvesting van het vmbo een modern gebouw wordt gezocht waarbij ook een beschikbaar pand in de Plaspoelpolder gebruikt zou kunnen worden, de TH-locatie wellicht niet uitgezonderd. Dat je iets niet uitzondert als een mogelijkheid, is nog wel iets anders dan dat je er mee instemt. Ook dit geeft aanleiding voor de vraag waar nu eigenlijk overeenstemming over is bereikt en of partijen daar hetzelfde over denken. Het convenant geeft die duidelijkheid voor ons niet en wij vragen ons af of het voor partijen zelf wel duidelijk is.

Duidelijkheid is gewenst, enerzijds omdat GroenLinks er van verzekerd wil zijn dat er binnen afzienbare tijd een goede voorziening zal komen voor het voortgezet onderwijs in Rijswijk, maar er anderzijds ook zoveel mogelijk duidelijkheid moet zijn over de financiële consequenties, niet alleen omdat de gemeente haar verplichtingen ten opzichte van de school moet kunnen nakomen, maar ook omdat dit vanzelfsprekend  van invloed is op overige taken van de gemeente.

Dat het gaat om behoorlijke financiële belangen leert een simpele vergelijking van de eerste versie van het convenant van 2011, waarbij uitgegaan wordt van 21 miljoen kosten, met de nu voorliggende versie, waarin die kosten globaal worden geraamd op 14 miljoen. Dat is nogal een verschil.
In de toelichting op het raadsvoorstel bij het gewijzigde convenant van 2011 wordt gemakshalve uitgegaan van dat lagere bedrag van 14 miljoen, en dat is begrotingstechnisch natuurlijk het meest wenselijk, maar of dat ook realistisch is, is allerminst zeker.

Kortom: wat GroenLinks betreft is dit geen verbetering. Ontbinding van het oude convenant van 2007 is prima, maar de afspraken over wat er wél gaat gebeuren moeten duidelijker.