Bijdrage van GroenLinks fractievoorzitter Marloes Borsboom tijdens de tweede termijn van de Algemene Beschouwingen op de begroting van 2013.
Voorzitter,
Geld is een goede dienaar, maar een slechte meester.
GroenLinks heeft in haar 1e termijn voor een uiteenzetting over economie en een visie gegeven hoe er met een andere bril op naar de begroting kan en moet worden gekeken.
Wethouder Mateman heeft gezegd met bewondering geluisterd te hebben naar de bijdrage van de heer Van Dijk, vooral omdat deze begon met professor Heertje met wie spreker in een werkgroep heeft gezeten. We hopen echter dat er nog wat meer is blijven hangen van die bijdrage, juist omdat, zoals de wethouder terecht opmerkte, professor Heertje in zijn boeken altijd de spanning tussen geld en ideaal heeft laten meewegen.
Wethouder Mateman heeft aangegeven dat er een brede coalitie achter de tafel zit, met vier partijen die allen hun inbreng hebben op het beleid. Als de heer Van Dijk zelf achter de tafel zou zitten, zou zijn tekst anders zijn, zo voorspelde de wethouder. We zullen zien.
In de raadsvergadering van vorige week zinspeelde dezelfde wethouder ook al op een bijdrage van GroenLinks aan het College. In die vergadering sprak hij zelfs over een volledig GroenLinks-college. Hoewel we de stille wens van de wethouder op zich goed begrijpen, is dat toch niet helemaal wat we zelf in gedachten hebben. In de Algemene Beschouwingen van voorgaande jaren hebben we altijd benadrukt dat democratie floreert bij de gratie van een goede oppositie. Het gaat GroenLinks niet om het domineren van het gedachtegoed binnen de raad of het college met het standpunt van een enkele partij of enkele partijen, integendeel. In de vorige Algemene Beschouwingen heeft de GroenLinks fractie gepleit voor het betrekken van minderheden om een zo groot mogelijk draagvlak te bereiken voor te nemen besluiten. “Te leiden, maar niet te heersen, dit is de wonderlijke deugd”, was toen ons credo en dat is het nog steeds.
De fractie van GroenLinks constateert dat het monetaire denken de hele collectieve sector binnengeslopen is. Overal worden kosten-baten analyses gemaakt, zoals in het onderwijs en de zorg. Deze analyses worden gemaakt door mensen die vaak zelf niet actief zijn op de werkvloer, maar door mensen die niet direct verantwoordelijk zijn voor goed onderwijs of goede zorg, maar voor het rendement van de organisatie. En dat terwijl geld een middel is en geen doel op zich. Het doel is geld als middel beschikbaar te stellen om zo onderwijs en zorg op peil te houden en het geld dat voor het onderwijs bestemd is, daar ook voor in te zetten. Dat is iets anders dan in slechte tijden constateren dat er geen budget meer voor is en dat het uiteindelijke doel (goed onderwijs en goede voorzieningen) jarenlang geparkeerd wordt tot nader order.
Is het belangrijker goede voorzieningen te hebben of is het belangrijker dat onze lasten beneden het gemiddelde in Haaglanden blijven? Kan het College nog aangeven waar de prioriteit wordt gelegd in de komende periode?
Onderwijs:
In onze eerste termijn spraken we onze zorgen uit over de ontwikkelingen op het gebied van het onderwijs, vanwege de ontwikkelingen rond het Stanislas en de Brede Scholen. “Straks verdwijnt er veel onderwijs uit Rijswijk, zo is onze angst”, gaven wij aan. Een dag later kwam het bericht dat het Stanislas het havo/vwo weghaalt uit Rijswijk. De agressieve wijze waarop de onderhandelingen zijn gevoerd door het College zal bepaald geen positieve bijdrage hebben geleverd aan het behoud van dit onderwijs voor Rijswijk, integendeel.
Wethouder Bolte heeft geruststellende woorden willen spreken over de Brede Scholen. Die opzet is maar ten dele geslaagd. De Brede School in de Muziekbuurt mag dan in de steigers staan, dat is anders voor de overige scholen. De wethouder heeft aangegeven dat de kapitaallasten weliswaar buiten deze meerjarenbegroting vallen, maar dat dat niet betekent dat het beleid niet wordt voortgezet. Op ons komt het over dat de goede wil er wel is, maar de bijbehorende financiering nog lang niet rond is. Daarmee is de realisatie van de Brede Scholen nog zeker geen gelopen koers en wij roepen het college op de vaart er in te houden en te zorgen voor voldoende ruimte om de plannen daadwerkelijk uit te kunnen voeren.
Bibliotheek:
Het behoud van voorzieningen wordt met het woord beleden, maar niet in daden omgezet. In het raadsvoorstel dat aanleiding gaf tot sluiting van de Ottoburg bijvoorbeeld, stond als openingszin dat de gemeente Rijswijk de komende jaren fors moet bezuinigen, maar dat zoveel mogelijk wil doen met behoud van een ruim aanbod van voorzieningen en een goede dienstverlening. In de nota accommodatiebeleid stond het stimuleren van multifunctioneel gebruik van accommodaties centraal. In de praktijk pakt het anders uit, afgaande op de brief van de directeur van de bibliotheek van 9 november jl. Hij ontving een brief met de tekst: “Een subsidie voor het opnieuw realiseren van een fysiek steunpunt zou afwijken van het beleid, zoals dat is aangegeven bij het raadsbesluit van 1 november 2011. Op grond van artikel 1.7 lid c van de Algemene Subsidieverordening Rijswijk kunnen wij subsidiering weigeren als deze niet past binnen het voor de betreffende werksoort gevoerde beleid.”
Uit de ambtelijke toelichting begreep de directeur dat een extra korting op de subsidie zou plaatsvinden indien de samenwerking met de Snijdersschool of Onderwatershof zou worden doorgezet. Kan het College opheldering geven over deze gang van zaken? In welk opzicht zou er strijd zijn met het genomen raadsbesluit? Klopt het dat dit initiatief tot samenwerking de kop wordt ingedrukt met de dreiging van een korting op de subsidie?
Derivaten:
Wij hebben in de eerste termijn onze schriftelijke vragen over de voor RijswijkBuiten aangekochte derivaten gememoreerd en verzocht het antwoord op die vragen vóór de vergadering van vandaag te ontvangen. Het antwoord, dat is gedateerd 6 november 2012, is ons eind van deze middag toegestuurd, enkele uren voor deze vergadering. De verzending heeft dus een week geduurd en vindt plaats op een zodanig moment dat een behoorlijke inhoudelijke reactie amper mogelijk is. Dat valt in de categorie bestuurlijk onbehoorlijk handelen.
In de begroting valt te lezen dat voor de financiering van de grondexploitatie van RijswijkBuiten een renteswap is overeengekomen met de ABN AMRO voor een periode van 2010 tot 2020. De omvang van de swap zal oplopen van € 134,6 miljoen nu tot € 159 miljoen in 2020. Over die bedragen betalen we als gemeente 3,78% rente.
We wilden weten of de omvang van deze renteswap wel aansluit bij de financieringsbehoefte van RijswijkBuiten. M.a.w.: stijgt de financieringsbehoefte voor de ontwikkeling van RijswijkBuiten dusdanig dat deze gelijke tred houdt met de omvang van de renteswap? Hebben wij bijvoorbeeld als gemeente in 2020 nog behoefte aan een lening met een omvang van € 159 miljoen? Als dat namelijk niet het geval is, dan hebben we een behoorlijk groot probleem. Dan betalen we miljoenen aan rente voor een lening die we niet nodig hebben.
Het antwoord dat we vanmiddag hebben gekregen is allerminst geruststellend. We zullen daar in een later stadium zeker uitvoerig op terug komen, mede omdat er een nauwe relatie is met de grondexploitatie van RijswijkBuiten die geheim is, maar willen op dit moment in elk geval opmerken dat wij er zeker niet van overtuigd zijn dat de derivatenconstructie aansluit bij de financieringsbehoefte in RijswijkBuiten.
Naast de vraag of de omvang van de renteswap wel aansluit bij de financieringsbehoefte voor RijswijkBuiten, hebben wij de vraag gesteld waarom de aanschaf van deze zeer risicovolle derivaten niet aan de gemeenteraad ter beoordeling vooraf is voorgelegd. De Gemeentewet bepaalt dat het College de raad vooraf inlichtingen geeft over het aangaan van overeenkomsten die ingrijpende gevolgen kunnen hebben voor de gemeente zodat de raad wensen en bedenkingen kan uiten. Voorzover wij hebben kunnen nagaan is de raad niet vooraf van de aanschaf van derivaten op de hoogte gesteld en wij herhalen de vraag waarom dat niet is gebeurd.
Verbonden partijen:
Er is in de eerste termijn veel aandacht gevraagd voor de Gemeenschappelijke Regelingen. Vorige week ontvingen wij de resultaten van Avalex over het eerste halfjaar van 2012. De zoveelste tegenvaller in korte tijd werd aangekondigd en het zal niet de laatste zijn. We moeten extra bijdragen om tekorten te dekken. Daar komt bij dat de conceptbegroting van Avalex aan alle kanten rammelt en dat kan alleen maar een voorbode zijn van nog meer financiële ellende. De afvalstoffenheffing blijft gelijk, zo valt te lezen in het persbericht dat bij de begroting is gevoegd, maar op het moment dat dat persbericht werd opgesteld, moet al duidelijk zijn geweest hoe de vlag er bij Avalex bij hing. Het zou realistischer en verstandiger zijn geweest om in het bericht te vermelden dat het bestuur van Avalex ernstig tekort is geschoten en dat om die reden de negatieve financiële consequenties daarvan noodzakelijkerwijs bij de inwoners van Rijswijk terechtkomen. Zij dragen immers de lasten van falend bestuur.
Het zou interessant zijn te weten welke voorzieningen, die nu door bezuinigingen worden getroffen, op het oude niveau zouden kunnen worden gehandhaafd indien bij Avalex, of bij de GGD, de zaken wél op orde zouden zijn geweest. Onze inschatting is dat er wel een extra bibliotheekje bij zou kunnen als er beter op de winkel zou zijn gepast en dat kortingen van bijdragen aan kunst en cultuur achterwege zouden kunnen blijven en het onderhoud van de openbare ruimte op peil zou kunnen blijven. Dat zou al een mooi gratis begin zijn voor verdere citymarketing.
Elk programma hangt met het andere samen en snijden in het ene programma heeft gevolgen voor het andere. Dat er bij het snijden altijd eerst gedacht wordt aan voorzieningen, aan kunst & cultuur, is omdat daar vooral gekeken wordt in kosten en niet in baten. Onomkeerbare effecten die niet in geld te meten zijn, tellen vaak niet mee, zeker niet omdat daarmee een lange termijnvisie gemoeid is. Het woord subsidie wordt altijd onomwonden gekoppeld aan bovenstaande thema’s terwijl het woord subsidie een bredere betekenis kent, namelijk financiële steun van de overheid aan instellingen, bedrijven en personen om hun activiteiten te ontwikkelen. En in het kader van citymarketing, zijn juist alle aspecten van groot belang. We kunnen het ons als gemeente niet permitteren alleen in te zetten op het ontwikkelen van bedrijventerreinen zonder voorzieningen en een prettige, groene omgeving. En het bouwen van nieuwe woningen zonder zeker te zijn van bijvoorbeeld goed onderwijs en openbaar vervoer is – u kent de uitdrukking inmiddels- penny wise and pound foolish.
Voorzitter, voor wie niet weet waar hij naartoe wil, zijn alle wegen goed, zelfs een Rotterdamsebaan en zelfs een open tunnelbak op de Beatrixlaan.
Van de fractie van GroenLinks kent u de weg: wij leven het liefst van de zon en de wind.